Trockener Kecks - Paradijs

^DIk heb bloemen voor je meeg^Bmenomen ^GEn ik dwing mezelf tot een k^Aus op je gezicht ^DIk lieg dat je er ^Bmbeter uit ziet ^GEn je glimlacht, g^Alimlacht in het bleke licht ^D

^DEen man omhelst zijn vrouw en ze gaan ^Bmeten ^GIn een woning aan de over^Akant ^DDaar te mogen wonen voor ^Bmeen avond ^GEen avond als altijd^A niets aan de hand

In het ^Dpa-^Gra-di^Ajs In het ^Dpa-^Gra-di^Emjs ^A In het parad^Dijs

^DWe zeggen niet ter zake doende ^Bmdingen ^GWat is de koffie hier goed^Akoop ^DHet bezoek wil dolgraag afsc^Bmheid nemen ^GEn ik haat mezelf a^Als ik naar buiten loop

^GIk kijk naar de sterren ^GKijk naar de maan ^AOnverschillig ^AIn hun eeuwig bestaan ^GOog in oog ^GMet wat altijd zal zijn ^AHet maakt het zo groot ^AZe maken ons te klein

Voor het ^Dpa-^Gra-di^Ajs Voor het ^Dpa-^Gra-di^Ajs Voor het ^Dpa-^Gra Het ^Empara ^A Het parad^Dijs G Em A Voor het ^Dpa-^Grad^Emijs^A Voor het pa^Dradijs ^DIk heb bloemen voor je meeg^Bmenomen