Paul De Leeuw - Ik Heb je lief Intro: B | G#m | E F# | E B | Couplet:

k Weet niet ^Bof je zit te wachten, op een vr^F#iendelijk woord van mij. Als ik jou ^C#moproep in geda^Echten, maakt me d^Bat veel beetjes bl^F#ij. ^D# 'k voel het ^G#mals ik jou zie z^Eitten, als ik j^D#me alleen maar ru^G#mik. 't zit in h^F#monderdduizend vl^Ainders, die zoet zw^Beven in m'n b^F#uik.

Couplet: 'k Heb je lief m'n hele leven is veel meer dan: houden van. 't Is alsof je in m'n bloed zit, ik zonder jou niet leven kan. Jouw mooie ogen doen me smelten, zet me zo in vuur en vlam. Ik voel het enkel bij jouw aanblik, ik krijg het ook van Rotterdam. Chorus:

'k heb je l^Bief^F#, 'k heb je ^G#mlief^E 'k heb je l^Bief wat m^D#oet ik zonder j^G#mou. ^C# 't zijn v^Eier hele kleine w^F#oordjes, en al m^D#aakt je dat een beetje b^G#mang. 'k Heb je l^Eief, vier j^F#aargetijden l^Bang. || | | B F# | G#m F#m E |

Couplet: 'k Voel het heel vaak als jij opstaat, of na een zomerse bui. Ik word al week bij de gedachte, jij die loopt in m'n lievelingstrui. 't Is mijn hand die jij plots vastpakt, als ik domweg naast je fiets. 't Komt ook, dat is nou het gekke, zelfs door helemaal niets. Chorus: 'k heb je lief, 'k heb je lief, 'k heb je lief, wat moet ik zonder jou. 't zijn vier hele kleine woordjes en al maakt je dat een beetje bang, 'k heb je lief, veertien bloemencorso's lang.

Ik pr^Coef het tijdens ons zoenen, of a^Gls je plotseling lacht. Ik z^Dmie het in vallende s^Fterren, na heftig v^Crijen in de ^Gnacht.^E 't Is die t^Aminteling, dat br^Fiesje, maakt je he^Emlemaal voor m^Amij. Ik denk, als ^Dmik jou zo zie l^Fopen: God er gaat een e^Cngeltje voo^Grbij.

'k heb je l^Cief^G, ik heb je l^Amief,^F ik heb je l^Cief, wat m^Eoet ik zonder j^Amou. ^D 't zijn v^Fier hele kleine w^Goordjes en al m^Eaakt je dat een beetje b^Amang, ik heb je l^Fief, duizend ^Gen één nachten^C lang.

Een v^Fan m'n mooiste dr^Gomen, is oud te w^Corden met z'n tw^Fee. Dat d^Cie maar uit mag k^Eomen, ik heb je l^Asus4ief, ook na de AO^AW.

Solo: D A | D G

Ik heb je l^Dief wat m^F#moet ik zonder j^Bmou ^E 't zijn vier h^Gele kleine w^Aoordjes en al m^F#maakt je dat een beetje b^Bmang, 'k heb je l^Gief, honderdv^Aier kerstbomen l^Dang.^A ^D Ik heb je l^Gief.^D..^A..^G.ik heb^D je lief,^G m'n h^Aele leven l^Dang

Paul de Leeuw - Ik heb je lief